Morgen over 2 weken word ik verwacht in de ‘Eikenboom’. Ik voel me doorgaans helemaal niet ziek of zelfs maar patiënt, maar zo’n naam maakt dat ik toch een associatie heb met ziekenhuisgangen, mensen op witte klompen en een kamer waar ze dwangbuizen hebben hangen. Al hebben ze me verzekerd van het feit dat er geen dwangbuizen zijn.
Gemengde gevoelens dus. Enerzijds wil ik beginnen, want dan gebeurt er weer iets en bewandel ik – als het goed is – weer een weg die naar verbetering zal leiden. Anderzijds ben ik doodsbang. En dan niet zozeer voor dwangbuizen of nachtelijke geluiden uit andere kamers, maar meer voor het resultaat.
Te vaak heb ik mezelf na (en soms zelfs al tijdens) een behandeling verstrikt gevoeld in het gewenste resultaat, het aan mij beloofde resultaat en het feitelijke resultaat. Te vaak kwamen deze drie namelijk totaal niet met elkaar overeen en te vaak bleek dat volgens de alwetende behandelaar dan mijn eigen schuld.
Inmiddels vecht ik allang niet meer alleen tegen de pijn in mijn lijf en het onvermogen om te bewegen zoals ik zou willen bewegen. Ik vecht ook tegen de artsen en fysiotherapeuten die inmiddels demonen in mijn hoofd zijn geworden. Niemand komt door zijn eigen schuld in een positie zoals waar ik nu in zit, maar na een aantal mislukte pogingen om eruit te komen waarbij de begeleiding hun handen waste in onschuld, ga je dat soms wel geloven.
Bij de ‘Eikenboom’ hebben ze me geen beloftes gedaan. Ze hebben niet gezegd dat ze de pijn weg zullen halen of zelfs maar zullen verminderen. Ze hebben niet gezegd dat zij de weg naar succes voor me weten en ze garanderen niet dat ik hierna mijn leven weer terug heb. Het enige dat ze me bieden is hun hulp, hulp bij het bevechten van de demonen in mijn hoofd. Demonen die het functioneren van mijn lichaam én geest in de weg staan. De demonen die mijn beperkte energie opslurpen zodat ik niet toekom aan wat ik echt belangrijk vind, namelijk leven.
De pijn is echt en waarschijnlijk blijft die pijn bij me. Maar als ik leer hoe ik daarmee om kan gaan, hoe ik kan leven met pijn in plaats van me te laten leven door pijn, dan is er verbetering. Niet door mij gewenst, niet aan mij beloofd en ook nog lang geen feit. Maar dat is het doel en daarmee moet ik het doen.