Wat een gedoe toch eigenlijk allemaal. Dinsdag zat ik bij de psycholoog en ze vroeg me hoe het ging (standaardvraag, met helaas nog steeds geen standaardantwoord). Ik vroeg me af wat ik moest zeggen. Hoe gaat het met me?
Ik ben heel blij dat ik weer gewoon thuis ben, dat ik weer gewoon in mijn eigen bed slaap, mijn eigen spullen heb, mijn eigen man naast me met eten, mijn kat op schoot als ik op de bank zit. Maar de euforie van de eerste paar weken zakt langzaam wel weg. Want ik doe mijn best om structuur te hebben, op tijd op te staan, netjes drie keer per dag te eten (of twee keer, omdat ik toch te lang klaarwakker in bed lig voor ik durf te checken hoe mijn benen die dag zijn) en ik doe zeker mijn best om de dagen te plannen rond wat moet of wat ik perse wil. Maar mèn wat is dat een oppervlakkig en saai leven!
Ik wist dat de kliniek afzien zou worden, ik wist niet dat het daarmee nog niet klaar zou zijn. Ik zou in 2013 nog één jaar afzien, maar 2014 zou beter worden. Maar het is alweer bijna april en ik zit nog steeds middenin de storm die woedt in mijn hoofd en mijn lijf. Schijnbaar moet ik hier doorheen om het beter te krijgen, maar de onzekerheid en frustratie krijg ik niet onder controle.
Het went niet om beperkt te zijn. Het wordt niet gewoon om krakend en met pijn uit bed te komen. Vallen gaat niet minder zeer doen naar mate je het vaker doet. En het masker met de lach en goede hoop begint langzaam uit de plooi te raken. Ik doe echt mijn best, geniet ook heus van de dingen die ik doe. Ben blij met de mensen om me heen die me willen helpen, steunen en geloven als ik zeg dat iets me niet lukt. Maar daar tegenover staat wel dat ik me steeds vaker zo onbeholpen, onhandig en een sta-in-de-weg voel.
Het wordt gewoon steeds lastiger om de moed erin te houden nu het alleen maar minder lijkt te gaan en er steeds minder strohalmen lijken te zijn. Zo zeiden ze in de kliniek dat mijn belastbaarheid wel weer beter zou worden als ik thuis meer rust zou hebben, het kliniekprogramma viel me immers erg zwaar. Maar nu ben ik 2 maanden thuis en mijn lijf doet alleen maar raarder en die belastbaarheid is nog even laag als toen ik mijn kamerdeur in Zeist voor de laatste keer achter me sloot.
Waarom zou ik dan nu geloven dat ik na de huidige storm wel weer blauwe lucht te zien zal krijgen? En wanneer is de storm uitgeraasd? En als ik straks eens denk dat de wind is gaan liggen, is dat dan ook echt zo of bevind ik me dan alleen nog maar in het oog van de orkaan?
Natuurlijk weet ik best dat niemand weet hoe zijn leven er volgende week uitziet, maar ik ben me er zo akelig bewust van dat het misschien zelfs volgende maand nog niet beter gaat dan nu. Terwijl ik eigenlijk alleen maar zou willen genieten, simpelweg omdat er genoeg is om van te genieten! Ik wil helemaal niet verdrietig en somber zijn. Er is om me heen genoeg moois en vriendelijks en leuks.
Alleen dat zou ik zo graag eens zien zonder donderwolk ergens in mijn lijf. Volgens de psycholoog hoeft die donderwolk niet compleet weg te zijn om te kunnen genieten, hoef ik niet pijnvrij en topfit te zijn om gelukkig te worden. Hopelijk kan ze me daar voor de zomer echt begint van overtuigen. Of leg ik dan de lat weer eens te hoog?